Een preek over Johannes 14:15-27 in de serie Geestkracht, gehouden in de viering van 7 september 2025.
Geestkracht
We moeten het hebben over geestkracht. Het is goed om daarmee te beginnen in dit nieuwe seizoen. Zo voelt het altijd een beetje, na de zomer. De scholen zijn weer begonnen, de gewone ritmes worden weer opgepakt, de sportclubs zijn weer los, het werk loopt en ook de activiteiten van Geloven in Spangen gaan weer beginnen: huisgroepen, gebedsuur, wijkdiners, doopcatechese, zelfs een aantal nieuwe activiteiten – waar we binnenkort meer over vertellen.
En voor je het weet, zit je er weer helemaal in. De zaak loopt min of meer, je doet je dingen, het een gaat beter dan het andere – en het hobbelt lekker door. Dat is één laag, je zou kunnen, jouw levensritme. Soms klinkt er een valse noot, val je even stil of klinkt het geweldig. Maar dat is niet de enige laag. Afgelopen week hoorde ik de term ‘kantelende tijden’ en die bleef wat bij me hangen. Kantelende tijden. Ik weet niet waar jouw gedachten dan naartoe gaan, maar er is genoeg dat kantelt. Sterker nog, als je even stilstaat, valt je misschien pas op hoeveel er gebeurt, beweegt, verandert. De regering van ons land, het is maar de vraag welke kant dat opvalt – en wat dat betekent. En je houdt je hart vast voor de wiebelige verhoudingen en situaties op het grote wereldtoneel. De gedachten die we nooit hoefden te bedenken, steken nu de kop op. Wat als? En die kantelende tijden, die kunnen soms ook een beetje in jezelf gaan zitten. Alsof we mensen zijn die proberen in evenwicht te blijven middenin een schokkende, draaiende, onzekere zee vol uitdagingen. Woest en chaotisch soms.
Deze zomer hebben Klaske en ik gesupt. Of ik moet het eigenlijk anders zeggen: Klaske heeft gesupt en ik ben 26 keer van mijn supboard gepleurd – zoals we dan in goed Rotterdams horen te zeggen. Ik weet niet wat het was, maar evenwicht is een dingetje. Evenwicht op een supboard vraagt oefenen, moed en een beetje zelfspot. Steeds weer bovenkomen, jezelf weer spartelend op dat ding krijgen, en dan op je knieën en de moed en het moment vinden om weer te staan. En peddelen. En als je bent zoals ik, lig je 17 seconden later weer in het water. En dat steeds weer. Op een gegeven moment was ik er klaar mee en ben zittend gaan peddelen – en zelfs dan kreeg ik het nog voor elkaar om eraf te vallen, maar goed.
Je zou kunnen zeggen dat het in doorzettingsvermogen zit. Wilskracht. De dingen die je wilt hebben, wilt zijn, wilt kunnen, dat moet je gewoon doen. Gewoon door blijven gaan tot het lukt. Of je moet het manifesteren: wees je bewust van jouw ideale werkelijkheid, een goed leven voor jou, en het komt naar je toe. En dat kan heel zweverig of heel concreet. Of laat het leven maar over je heen komen, je kunt er toch niet zoveel aan veranderen. En in al die houdingen zit wel iets, maar er mist nog iets dat we in onze tijd snel over het hoofd zien. Namelijk, geestkracht. Daar kun je zomaar voorbij kijken als je je niet beseft dat we leven in Gods wereld. Die geestkracht zie je al in het begin – in het tweede vers van de bijbel – als de aarde vormloos is, woest en chaos, daar is Gods Geest. Dat is iets geweldigs. God kiest ervoor om niet op afstand te scheppen, maar is met Zijn Geest dichtbij, betrokken om de chaos klaar te maken voor iets prachtigs, de plannen van God voor een paradijs.
Dit uitstapje naar het begin van de schepping helpt ons om te zien dat het niet anders kan dan dat onze wereld doortrokken is van geestkracht. Het zit er zo diep in dat wij het zomaar kunnen missen als we aan de oppervlakte blijven. Als we denken dat wat wij meetbaar, zichtbaar en dus logisch vinden, het wel ongeveer moet zijn. En dat God binnen onze kaders maar een plekje moet vinden. Maar wat als het anders zou zitten? Wat als ons zicht op de wereld, op de werkelijkheid, op hoe wij zelf – en God – in elkaar zitten, zo beperkt is dat we er niet alleen naast zitten, maar ook niet kunnen bevatten hoe dan wel. Als we ons zo focussen op de woestheid en de chaos – en waarom God dat toe zou laten – dat we niet zien dat de Geest van God daar ook zweeft.
Geestkracht vanaf het begin dus. En in wat volgt na de schepping duikt de Geest hier en daar weer op, al is het maar in een bijzin. En met de komst van Jezus zwelt het aan, als de Geest als een duif op hem neerdaalt. Als de hemel opengaat en het – heel even, heel direct – zichtbaar is dat er meer is dan we zien en horen. Dat er meer is dan wij met wilskracht, manifesteren en ‘het komt zoals het komt’ voor elkaar krijgen.
Voor de leerlingen van Jezus is dit goed nieuws, al voelt het misschien niet helemaal zo. Ze zijn bij elkaar, het is net na het avondeten, en het gonst in de stad Jeruzalem, en ook hier aan tafel, waar Jezus voor het laatst voor zijn dood met zijn leerlingen gegeten heeft. En hij vertelt hen dat Hij de weg is, dat ‘in Hem blijven’ ervoor zorgt dat je het goede leven vindt. En nog veel meer, lees het maar eens na in Johannes 13 tot 17. En na deze laatste gesprekken draait het verhaal richting de Olijfberg en daarna naar Golgotha.
Maar dit zijn niet alleen wijze lessen en goede gesprekken tot diep in de nacht. Er staat iets te gebeuren dat alles zal veranderen: Jezus zal lijden, sterven, opstaan uit de dood en terugkeren naar de Vader. En hij belooft een afscheidscadeau: geestkracht. De Heilige Geest van God – en je zou kunnen zeggen: dat is God Zelf, God zoals Hij zich laat zien en in mensen werkt – zweeft niet langer boven de woestheid en de chaos, maar wordt aan mensen gegeven en zal altijd bij je blijven. En deze belofte dat er een andere helper zal komen, wordt nog vier keer herhaald: er wordt iemand bij geroepen. In Johannes 20 – op de avond van Eerste Paasdag – kun je lezen dat Jezus, de Opgestane, Zijn Geest op zijn leerlingen blaast. En later, met Pinksteren, krijgt Gods geestkracht helemaal de ruimte. En net als aan het begin is het die Geest die werkt, maar nu in ons.
Hoe dat werkt, is een geheim. Spreken over de Geest komt met een hele rits disclaimers, die ik niet allemaal uit kan leggen. Maar we gaan een poging doen, omdat we niet kunnen zonder die geestkracht. En net als dat je bij een prachtig lied of een overstelpend gevoel van liefde niet hoeft uit te kunnen leggen hoe het werkt en in elkaar steekt om het te ervaren, kan het je wel verrijken of verdiepen. Dat is waar het in deze serie om te doen is: een open houding om geestkracht te ontdekken en te oefenen. En dat kan best spannend zijn, omdat er allerlei beelden, theorieën en gedachten te vinden zijn over hoe de Geest wel of niet werkt, in wie, en hoe, of je dat moet kunnen voelen en of dat uitmaakt. We gaan het zien.
Voor nu hoop ik dat deze startzondag écht een startzondag is. Een moment waarop we – ieder voor zich én met elkaar – op weg gaan, een nieuw seizoen in, om vervuld van – je zou kunnen zeggen ‘helemaal vol van’ – de Heilige Geest te ontdekken dat er, temidden van alle chaos en woestheid, de vrede van Christus is. Dat is een vrede die van dieper komt dan wilskracht, manifesteren of toevallig, die vrede draagt de sporen van spijkers. Daar is het Hem om te doen, dat de vrede van Christus mensen, relaties, situaties en de wereld vult en verandert, vernieuwt. De Geest trekt ons niet uit het bestaan, maar is door God gezonden in dit bestaan, in ons. Oftewel, die vrede laat je beseffen dat ‘ik’ niet ‘ik in mijn uppie’ ben, maar dat God altijd bij mij, bij jou is. Of om het met woorden van de theoloog Augustinus te zeggen: ‘dat God mij meer nabij is dan ik mijzelf nabij ben.’ Amen.